Rechtrichten
Een wild paard in de natuur is niet perfect in balans. Dat is helemaal niet erg, sterker nog, het draagt bij aan zijn overleven. Wanneer wij het paard echter gaan belasten met ons gewicht en van hem vragen om veel relatief korte bochten te maken, dan is dit een aanslag op zijn gezondheid.
Gelukkig kun je dit oplossen met rechtrichten: zijn sterke kant soepeler maken, zijn zwakkere kant aansterken en hem leren zijn gewicht gelijkmatig over vier hoeven te verdelen.
Zo voorkom je overmatige slijtage, ontstekingen en artrose aan de benen en rug. Niet alleen blijft je paard zo langer gezond, hij zal ook meer plezier krijgen in jullie samenwerking omdat hij je makkelijker kan dragen. Letterlijk en figuurlijk beter in zijn vel dus!
Ik vind Marieke geweldig omdat ik eerst moest huilen van frustratie/onzekerheid en nu na 4 lesjes huil ik van blijdschap omdat het al zoveel beter gaat.
Marjan Serpenti
-Je zou het misschien niet denken wanneer je naar je prachtig gestroomlijnde paard kijkt, maar van nature kunnen paarden scheef zijn op wel negen verschillende manieren.
- Laterale scheefheid
De laterale scheefheid omvat de links- of rechtsbuiging in het lichaam. Het paard heeft een holle- en een bolle kant en is daardoor links- of rechtsgebogen. Aan de holle kant zitten de korte, sterke spieren en aan de bolle kant de lange, slappe spieren. - Horizontale scheefheid
Van nature draagt een paard 60% van zijn gewicht op de schouders en voorbenen en 40% op de achterbenen. - Scheefheid voor
Net als mensen zijn paarden links- of rechtshandig in de voorbenen. Het gewicht wordt dus niet gelijk verdeeld over de voorbenen. - Scheefheid achter
Net als mensen zijn paarden links- of rechtsbenig in de achterbenen. Het ene achterbeen functioneert daardoor vooral stuwend en de andere meer dragend. Het dragende achterbeen is soepeler en stapt gemakkelijker onder het zwaartepunt. Het stuwende been is stijver en rechter en zorgt voornamelijk voor de voortbeweging. - Scheefheid voor/achter
De schouders van een paard zijn smaller dan zijn heupen. - Diagonale scheefheid
De natuurlijk asymmetrie zorgt ervoor dat het paard op de binnenschouder valt of over de buitenschouder wegloopt wanneer hij beweegt. Zo ontstaat een diagonale onbalans, waarbij het zwaartepunt naar één van de schouders of voorbenen verschuift. - Verticale scheefheid
De verschuiving van het zwaartepunt door de diagonale scheefheid kan er voor zorgen dat het paard ook verticaal scheef gaat lopen ten opzichte van de grond. - Onbalans onder-/bovenlijn
Indien een ruiter de dimensies van asymmetrie, zoals hierboven genoemd, niet corrigeert, dan resulteert dit meestal in een onbalans in de spieren in de boven- en onderlijnen van het paard.
Dit kan leiden tot spanningen in de rug. - Asymmetrisch kauwen
De meeste paarden kauwen asymmetrisch en zullen één kant van hun kiezen meer gebruiken dan de andere kant. Dit geeft asymmetrische spieren op het voorhoofd.